inclusie in Roosendaal
De weg naar de campagne die kennis over inclusie gaat verbeteren in de gemeente Roosendaal. Lees je mee?
“Iemand afwijzen op de persoon die hij is, is raar”
“Dat ik op mannen val, dat weten mensen inmiddels wel. Dat ik een uitgesproken mening, stijl en persoonlijkheid heb, is ook bekend. Precies wie ik ben en wil zijn. Ik wil graag ‘unapologetic myself’ zijn. Dat dat niet je stijl is, dat kan, dat mag. Sterker nog:
ik geloof er oprecht in dat niet iedereen je leuk moet vinden. Want als je continu bezig bent met of anderen je leuk vinden, wanneer ben je dan écht jezelf?
Okay, check, je kan en mag me dus niet leuk vinden. Maar afgelopen week, tijdens een workshop die ik gaf, ervoer ik het weer eens: homofobie. Geen nieuw fenomeen, maar door de jaren heen lijk je je er minder bewust van te worden. Vooral door je olifantenhuid die dikker is geworden, lijk je er niet meer door geraakt te worden.
Me niet afwijzen of ‘niet leuk vinden’ door wat ik doe, maar om wie ik in de kern ben. Dit keer raakte het me opeens weer heel erg.
Ik voelde me afgewezen, geraakt, minder mens dan de ander. Een afschuwelijk naar en rot gevoel wat me altijd terug doet denken aan toen ik uit de kast kwam.
Ik blijf dat bijzonder vinden. Want ja, vind mij of mijn gedrag raar. Maar iemand afwijzen op de persoon die hij is, is raar. Dat je iemand in een hokje plaatst als ‘minder mens’ en hem/haar/hen daardoor haat, ik kom er gewoon niet bij.”
Dit is maar een van de vele verhalen die vaak ongehoord blijven, omdat we er geen weet van hebben.
Een verhaal dat de spijker op zijn kop slaat: het maakt precies duidelijk waarom we meer bewustzijn willen creëren voor het onderwerp inclusie. Want iedereen mag er zijn, en daar geloven we heilig in.
Daarom gingen we op zoek naar Roosendalers die ons meer konden vertellen over dit brede onderwerp. Zij zijn immers de ervaringsdeskundigen en wij willen er alles over weten. We brachten ze bij elkaar, zorgden voor een heerlijk bordje stamppot en gingen aan de praat.
co-creatie op zijn best
22
Stamppot eters
We gingen met 22 Roosendalers aan tafel om stamppot te eten en hen tegelijkertijd vragen te stellen. Ze schreven al hun antwoorden op onze vragen op een vel papier van zo’n 8 meter lang!
07
Interviews
Sommige Roosendalers wilden liever een persoonlijk webcam interview, via Teams bijvoorbeeld. Daar gaven we natuurlijk graag gehoor aan.
11
Mailtjes
Ook als mensen niet wilden deelnemen aan de stamppotavonden of interviews, konden ze hun verhaal en verschillende ideeën bij ons kwijt via mailtjes.
08
Telefoontjes
Daarnaast kon je ons ook gewoon bellen als je ons iets belangrijks wilde meegeven. Hier kwamen hele luchtige, fijne gesprekken uit voort.
Data verzamelen
Dit onderwerp gaat ons aan het hart, dus daarom pakten we het groots aan, samen met de Roosendalers. Co-creatie, noemen we dat ook wel.
Stamppotavonden
We stuurden een grote groep inwoners een uitnodiging om met ons stamppot te komen eten en hun verhalen met ons te delen.
Zo gezegd, zo gedaan: een paar weken later zaten we twee avonden met ze aan tafel. We vroegen ze het hemd van het lijf. Dat leverde ons veel handige informatie op.
Andere wegen
Sommige mensen deelden hun verhaal liever op een andere manier. Daarom hielden we naast deze avonden ook persoonlijke interviews met andere Roosendalers. Daarnaast ontvingen we telefoontjes en mailtjes. De inbox liep binnen no-time vol.
Werk aan de winkel dus! We namen de papieren mee en lazen aandachtig wat onze gasten erop hadden geschreven. Daarnaast trokken we conclusies uit alle telefoongesprekken, mailtjes en interviews. Een heleboel om samen te vatten, maar een prachtig proces om te doorlopen. Deze conclusies delen we graag met je.
wat is dan inclusie?
Een belangrijk gegeven dat ons opviel, is dat inclusie voor iedereen iets anders betekent. Dat is juist het mooie eraan.
Wij gaven er de volgende, allesomvattende definitie aan:
Inclusie is de toestand dat iedereen gelijke rechten en plichten heeft én volwaardig kan deelnemen aan het maatschappelijk leven. Hiervoor is insluiting van achtergestelde groepen nodig.
verdere conclusies uit het onderzoek
01
Onbekend = onbemind
‘Je kunt niet van iemand houden die je niet kent.’ De meeste vooroordelen komen vanuit onwetendheid. Als je niet (precies) weet wat iemand heeft, dan kun je er dus ook geen rekening mee houden.
02
Ambassadeurs
Velen gaven aan het fijn te vinden als anderen hun verhaal aan de wereld zouden kunnen vertellen. Een soort van ambassadeurs die namens de doelgroep de bewustwording in gang zetten.
03
Kleine dingen
Het zit ‘m vaak al in de kleine dingen. We hoeven niet per se ‘groot, groter, grootst’ te denken, dat is ook niet realistisch. Kleine gebaren en acties zijn al genoeg om mee te beginnen.
04
Normaal bestaat niet
“Wij zijn ook normaal!” Dat hoorden we veel terug. Normaal is maar een gemiddelde waaraan we proberen te voldoen. ‘Normaal’ is subjectief en bestaat niet echt. Niemand is normaal!
05
Succesverhalen
We willen uitgaan van de kracht en niet van de beperking van mensen. De beperking is er, maar die moet niet centraal staan in de campagne. We gaan juist succesverhalen vertellen.
06
Kwestie van compassie
Het komt eigenlijk allemaal neer op een kwestie van compassie (of empathie). Medeleven voelen met een ander, je inbeelden hoe een ander zich voelt. Als dat lukt, zijn we al een heel eind.
07
Beperking = beperking
Een beperking is nou eenmaal een beperking. We gaan het geen uitdaging noemen, we gaan het geen ‘mensen met mogelijkheden’ noemen. Die beperking is er, en dat accepteren we.
08
Niet dwingend
Niemand heeft zin om te horen dat hij, zij of hen iets niet goed doet of beter kan doen. We gaan dus niet met het vingertje wijzen en ook niemand dwingen om te veranderen.
09
Positieve hokjes
Inclusie is breed, bijna te breed. Daarom kan het handig zijn om positieve hokjes te gebruiken. Zo scheren we niet álle beperkingen over één kam, maar blijven we positief.
“Diversiteit is uitgenodigd worden voor het feest. Inclusie is gevraagd worden om het feest mee te organiseren.”
Vormgeving
Een campagne omtrent inclusie heeft natuurlijk een inclusieve huisstijl nodig, dus daar deden we ook onderzoek naar.
– Een groot contrast in kleur blijkt het beste leesbaar voor mensen met slecht zicht: dat is meestal zwarte tekst op een gele achtergrond, of andersom.
– We vermijden de kleur wit zoveel mogelijk: in plaats daarvan gebruiken we lichtgrijs.
– We gebruiken een goed leesbaar lettertype met genoeg ruimte tussen de letters.
– We zetten simpele illustraties in die het gevoel van inclusie overbrengen: vormen in alle soorten en maten die samen toch goed werken.
het concept
Nu vraag je je natuurlijk af: leuk, al die conclusies en foto’s, maar wat nu? Gelukkig hebben we niet stilgezeten…
Met de conclusies in het achterhoofd, zijn wij gaan brainstormen over mogelijke meerjarige campagnes. De gekste ideeën zijn voorbij gekomen, van een inclusieve kledinglijn tot een rondreizende theatervoorstelling. Uiteindelijk hebben we onze beste ideeën gepresenteerd aan de groep Roosendalers die ons ook in het onderzoek hebben geholpen.
Zij kozen bijna unaniem voor het concept: ‘Welkom bij de club’. Een richting waarbij we een ‘club’ oprichten waar iedereen al bij hoort en waar niemand zich dus voor hoeft aan te melden. En wanneer we iedereen zeggen, bedoelen we ook echt íéderéén. Beperking of niet. We zetten 365 mensen per jaar op de foto (ja, echt!), ze komen op de website en we pikken er elk jaar 6 uit wiens verhaal we bijzonder in beeld brengen.
Achter de schermen zijn we hard bezig geweest dit concept om te zetten tot de campagne: ‘Welkom bij de club van Roosendaal’.
Wil je op de hoogte worden gehouden van de vorderingen?
Mail ons op inclusie@goedzooi.com.